De Wamelse kerkgeschiedenis

De kerk als schietschijf

Woensdag 20 september 1944; veertien Wamelse burgers worden totaal onschuldig opgejaagd uit hun huizen aan de dijk en tegen de Tielse walmuur op gruwelijke wijze door dronken Duitsers gefusilleerd. Bijna allen vluchtten uit het dorp naar de veilige Maaskant. Wamel was vrij maar Tiel was nog Duits. Oktober was zo rustig, dat veel Wamelnaren naar hun huizen waren teruggekeerd. Op 16 oktober vielen de eerste granaten in de Dorpsstraat en werd voor het eerst de kerk beschoten. In de volgende weken moest vooral de kerk het ontgelden. Het is 17 november, zes uur `s avonds. Even lijkt het alsof er een boerenkar met ijzeren vellingen om de wielen over de met stenen geplaveide Dorpsstraat rijdt. Dit geluid sterft niet weg maar het houdt even plotseling op als het gekomen is. Geen windje kwam er aan te pas en alsof hij er heel voorzichtig is neergelegd ligt de torenspits aan de voet van de toren. Het onderstuk bij het hek naar de pastorietuin en de spits tussen de huizen waar voorheen Toon van Oijen en Piet Sengers woonden.

De zwaar gehavende noordgevel van de Wamelse parochiekerk.

De zwaar gehavende noordgevel van de Wamelse parochiekerk.

De inzegening van het huwelijk van Matheus Melis en Judith de Keyzer op 28 december 1944 was de laatste officiële daad van Heurkens als pastoor van onze parochie. Getuigen waren: Henricus Melis en Antonius Berkvens. Ondanks het doorlopende gevaar van beschietingen wilde het bruidspaar door de kerk naar de sacristie lopen om daar getrouwd te worden. Heel wat voorbereidend werk moest daarvoor worden verricht. Vooral het puinruimen bij de hoofdingang vergde de nodige moeite en tijd. In de kerk zelf werd een pad vrijgemaakt door het aanwezige puin op en tussen de banken te gooien.

Dit bleef er over van het prachtige interieur van de kerk. Deze foto is genomen vanaf het altaar naar het koor van de kerk. Links hangt het orgel scheef aan de muur.

Dit bleef er over van het prachtige interieur van de kerk. Deze foto is genomen vanaf het altaar naar het koor van de kerk. Links hangt het orgel scheef aan de muur.

Als loper en versiering diende dennegroen vers gekapt in de pastorietuin. Het parochieel overlijdensregister is tot op de laatste dag bijgehouden. Op 31 december 1944 overleed Peter van de Grift, voor het Wamel van die jaren een zeer markante figuur, die het geld zeer zeker niet over de balk gooide. Nadat pastoor Heurkens per 31 december 1944 aan de bisschop zijn ontslag had aangeboden kreeg hij in Huize Henricus een dubbele kamer aan de voorzijde aangeboden. Op 12 maart 1945 wordt Wamel vanuit Tiel getrakteerd op een aanval van raketgranaten. Vooral Huize Henricus en de kerk moeten het ontgelden.

Hele stukken muur worden uit de noordgevel van de kerk weggeslagen. De fraaie gotische ramen, alle voorzien van kunstig gebrandschilderd glas, zijn nu veranderd in grote onregelmatige open gaten. Met de grootste moeite wordt voorkomen dat een wagen vol munitie, die voor Huize Henricus geparkeerd is, tot ontploffing komt. Verscheidene Canadese soldaten die rond Henricus gelegerd waren zijn min of meer zwaar gewond. Dit alles wordt de dan bijna 83 jarige pastoor te veel. De man die op de pastorie niet in de kelder wilde slapen en nooit bang was geweest, was nu in zijn kamer onder een zware tafel gekropen. Met moeite kreeg men hem er onder uit om naar de kelder te worden gebracht. Op de pastorie had hij altijd gezegd ‘Mijn kerk beschermt me wel’. Drie dagen later overleed pastoor Heurkens.
De uitvaartdienst in de hal van Huize Henricus op 17 maart was een zeer sobere plechtigheid. Zijn familie uit Zeeland was met veel moeite gewaarschuwd maar durfde niet naar Wamel te komen. Het plan was om met de kleine begrafenisstoet vanaf Henricus nog eenmaal rond de verwoeste kerk te trekken om daarna via de kerkhofpoort het kerkhof te betreden. Nauwelijks was de stoet onderweg of er werd weer geschoten. In paniek zocht men met de kist een goed heenkomen. Gelukkig was er in de noordzijde van de kerkhofmuur eerder al door een granaat een groot gat geslagen. De kist werd even in de steek gelaten en dragers en gevolg verscholen zich achter de Calvarieberg.

De laatste resten van het eens zo trotse kerkgebouw...

De laatste resten van het eens zo trotse kerkgebouw…

Toen het schieten ophield kon de eigenlijke teraardebestelling plaats vinden. Geen Wamelse pastoor is onder zulke treurige omstandigheden gestorven en begraven. Heel terecht is de naam van Henricus Heurkens voort blijven leven in ‘Huize Henricus’ en in de naam van de ‘Pastoor Heurkensstraat.’
Pastoor van Bakel, de opvolger van Heurkens, was geboren in Geffen op 11 april 1900 en hij werd priester gewijd in juni 1925. Vanaf 1925 was hij tot 1945 kapelaan in Nijmegen geweest. Zijn benoeming als pastoor van Wamel ging in op 31 december 1944. Over zijn installatie laten we gemakshalve pastoor Van Bakel zelf aan het woord. In mei 1945 schrijft hij: ‘Ik was op 31 december 1944 benoemd en kreeg drie maanden de tijd om in Wamel te komen. 16 februari 1945 heb ik in Wamel mijn intrede gedaan en wel op een zeer eigenaardige wijze. Ik heb mijn eed afgelegd bij de deken in Druten omdat deze niet mee durfde. Een auto bracht me naar Wamel, vergezeld door enige bange collega’s die weer blij waren Wamel zo gauw mogelijk te verlaten. Van een installatie was geen sprake vanwege het gevaar en de kapotte kerk. De H. Mis werd opgedragen in de sacristie, terwijl de mensen tot in de kamer van de pastorie stonden. De pastorie: Plafonds stuk, deuren kapot, bijna alle ramen er uit en dicht gespijkerd met planken. We sliepen in de kelder met nog zo’n dertig mensen uit de Kloosterstraat. In de zaal werd op zeker moment door de Duitsers een brandbom gegooid. We gingen naar de deur maar konden er niet uit. Gelukkig konden we de beginnende brand nog blussen. Het leven in Wamel was levensgevaarlijk. Op de meest onverwachte momenten vlogen granaten en mitrailleurkogels door de straten. Vliegende bommen kwamen er veel over en stonden opvallend dikwijls in onze omgeving stil met het gevolg dat ze omlaag kwamen en een geweldige verwoesting aanrichtten. De kapelaan is tijdens een begrafenis op het kerkhof in het knekelhuisje moeten vluchten. Toen het weer even rustig was hebben ze het lijk in ijltempo laten zakken. Ruim tweederde van de mensen zijn vrijwillig geëvacueerd en hebben een rustig onderkomen gevonden in Maasbommel, Altforst, Appeltern en Alphen. Overal werden ze liefdevol opgenomen.’
Vrijdag 4 mei 1945. Een mooie lente avond. Radio Oranje maakt bekend dat de volgende dag op 5 mei de Duitsers onvoorwaardelijk zullen capituleren. Nog nooit heeft een radiobericht zoveel blijdschap gebracht. Pastoor Van Bakel kon zijn werk als bouwpastoor beginnen.

Dit kerkgebouw zou herrijzen op de plaats waarde oude kerk was vermorzeld.

Dit kerkgebouw zou herrijzen op de plaats waarde oude kerk was vermorzeld.